STARS & STRIPES FOREVER (3) Reisbelevenissen in Amerika – Wil de echte Geronimo opstaan?

Memorial Day in de Verenigde Staten is te vergelijken met Neerland’s dodenherdenking, met dien verstande dat de gevallenen worden herdacht van alle oorlogen ooit gevoerd en dat zijn er heel wat. Memorial Day markeert jaarlijks tevens het begin van de Amerikaanse zomervakantie – de scholen sluiten hier vroeg en lang – en meestal heeft dit tot gevolg dat er meteen een hoop doden meer zijn om te herdenken. Het aantal verkeersongevallen doet denken aan Frankrijk in het beruchte eerste weekend van augustus. Memorial Day sluit altijd aan op het laatste weekend van mei.

Op Memorial Day ben ik in Fort Sill, Oklahoma. Een gigantische artilleriebasis van het soort dat in mijn herinnering is gegrifd door de filmklassieker ‘From Here to Eternity’. Meer dan 10.000 man en vrouw US Army personeel werkt er. Velen wonen er ook, sturen er hun kinderen naar school, doen er hun inkopen, spelen er golf (twee golfbanen), gaan er naar het theater. Zo’n fort is een stad op zich.

Ik sta er – wat moet je op een regenachtige Memorial Day in Oklahoma – aan het graf van Geronimo, de beroemdste aller Indianen, opperhoofd van de laatste generatie van vrije Apaches. De gevreesde Geronimo werd eind vorige eeuw in Arizona gevangen genomen. Speciaal voor dit doel werd in Tucson, Arizona, een garnizoen van 5.000 man US Cavalry gestationeerd. Bijna twintig jaar duurde hun jacht op Geronimo en diens handjevol volgelingen. Belachelijk natuurlijk, zo’n David-en-Goliath-situatie-waar-geen-eind-aan-komt. Achteraf bezien toch niet zo verwonderlijk, al lezen de Amerikaanse schoolkinderen dit niet in hun geschiedenisboekjes. De Indiaanse overlevering windt er evenwel geen doekjes om.

De voorouders van de huidige notabelen van Tucson, toen nog een slapend grensdorp, deden vooral goede zaken dank zij de aanwezigheid van de cavalerie. Die moest immers twintig jaar lang gevoed, gekleed, gehuisvest worden, en dat bezorgde de handelaren gigantische fortuinen. Als die ergens bang voor waren was het wel het vertrek van de troepen. Daarom hielpen ze de Apaches stiekem een handje, waarschuwden voor hinderlagen, schonken wapens en munitie en dekens en voedsel. En alcohol, om het vuur in de Apaches een beetje op te stoken.

Tegelijkertijd organiseerden ze een briljante public relations campagne aan de oostkust waar jarenlang met de regelmaat van de klok de meest afschuwelijke verhalen over Geronimo en zijn bende ‘woestelingen’ in de kranten verschenen. Dat tuig moest met kracht worden bestreden! Dus hield de regering in Washington de troepenmacht mooi op sterkte.

Toen met goed fatsoen niemand de strijd langer kon rekken was er nog een lafhartig verraad nodig om Geronimo echt te pakken te krijgen. De commandanten van de US Cavalry kregen er groot aanzien door. De Apaches, best wel een beetje wild, gingen overdreven de geschiedenis in als scalperende monsters. Na hun arrestatie werden deze verknochte woestijnbewoners op transport gesteld naar Florida of all places waar velen in de moerassen verpieterden. De overlevenden, waaronder Geronimo, belandden uiteindelijk in Oklahoma waar de levensomstandigheden evenmin om over naar huis te schrijven waren. Daar, bij Fort Sill, kwamen de meesten aan hun eind. Ze liggen heel tactvol begraven op de artillerie-schietbaan waar met grote regelmaat de granaten overvliegen, zodat ze nooit de kans krijgen te vergeten wie echt de baas is.

Maar was Geronimo eigenlijk wel gepakt? Indiaanse storytellers grijnzen. Hún verhaal luidt als volgt. Toen tijdens het twintigjarig beleg van Apacheland Geronimo als een monster werd afgetekend en “Geronimo!” zelfs een blanke strijdkreet werd, besloten allerlei chiefs zich met die naam te tooien, voor de lol, en om verwarring te stichten. Toen de kranten om foto’s smeekten presenteerden ze een ietwat achterlijke stamgenoot. Die nep-Geronimo werd in allerlei dreigende houdingen geportretteerd. Het is diens beeltenis die decennia lang de blanke Amerikaan met afgrijzen vervulde, en die nu nog een ieder vertrouwd is. Als ansichtkaart ligt Geronimo-van-de-foto voor eeuwig in bijna elke boekwinkel.

De echte Geronimo? Die huwde vier vrouwen en leefde nog jaren onontdekt en in vrede. Hij lachte het laatst. Maar misschien was ook hij wel namaak, wie zal het zeggen. Hoe dan ook, op Memorial Day, dit jaar, liggen er wat verse bloemen op het graf van Geronimo. Belangstelling voor deze grote dode is er nauwelijks. Enkele Indiaanse families die elkaar met tussenpozen afwisselen, en een blonde Hollander dus, die ter plekke flink zou detoneren ware het niet dat Geronimo zijn laatste adem uitblies als trouw lidmaat van de Nederlands-Hervormde Kerk.